Suetonius, Keizers van Rome, [2000], Claudius 25.4 De Joden die, opgehitst door de agitator Chrestus, voortdurend ongeregeldheden veroorzaakten, verdreef hij uit Rome
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En vond een zekeren Jood, met name Aquila, [2]van geboorte uit [3]Pontus, die onlangs van Italie gekomen was, en Priscilla, zijn vrouw, (omdat [4]Claudius [5]bevolen had, dat al de Joden uit Rome vertrekken zouden), en hij ging tot hen; 2. Of, van afkomst, geslacht. 3. Dit was een landschap in Klein-Azie, gelegen tussen Cappadocie en de Zwarte zee; hfdst.2 vs.9. 4. De keizer van Rome. 5. Grieks verordineerd had. Van dit bevel getuigen ook de historieschrijvers Sueton. in Claud. cap.25; Orosius lib.7, cap.6. De reden wordt verscheidenlijk aangewezen; het schijnt, dat het daarom is geweest, overmits de Joden zich geduriglijk met oproer stelden tegen degenen, die uit hen den Christelijken godsdienst aannamen; of omdat enige aanzienlijke personen van Rome zich tot de Christelijke religie begaven. Want de heidense Romeinen hielden de Joden en de Christenen voor volk van eene religie.